Januari is hier echt een maand om in je holletje te kruipen. In de tuin is niets te doen, voor andere klusjes zoals gereedschap schoonmaken is het meestal te koud. Dus is januari een maand voor schrijven, lezen en films kijken. Vooral nu alles om ons heen wit is. We wonen nogal afgelegen en strooiauto of sneeuwschuiver komen hier niet. Dus kunnen we al dagen niet met de auto eruit. Gelukkig hebben we een broodbakmachine en een vriezer vol met de oogst van afgelopen zomer. Alleen dagelijks even eruit voor twee kruiwagens hout. Vanochtend toen we de gordijnen open deden liep er recht voor ons op de weg, op zijn dooie akkertje, een vos. Door de sneeuw waren zijn kleuren en spitse kop goed te zien. Hij snuffelde op het terrein van de buren, liep weer verder over de weg richting een andere buurman. Hopelijk had die zijn kippen nog niet uit hun nachtverblijf gehaald. Een paar uur later zaten we aan de middagmaaltijd, een fascinerende combinatie van kapucijners en Indonesische kruiden. Vanuit mijn stoel zag ik iets bewegen in de achtertuin. Misschien een vogel die laag overvloog. Toen er vlak daarna nog iets donkers bewoog sprong ik op. Twee vossen die achter elkaar door de tuin renden, hup, de tuin van de buurman in. Tussen de kale takken zagen we hun dikke roodbruine pluimstaart. Toen we hier pas kwamen wonen hadden we een boommarter in de tuin. Het lijkt erop dat er nu een familie vossen woont.